Bewijs Actuele ontwikkelingen onderwijspraktijk

Er zijn in Nederland verschillende basisscholen die elk een eigen onderwijs visie en missie hebben. Er zijn reguliere scholen en scholen die bewust kiezen voor een onderwijsvorm met een specifieke didactiek en organisatievorm. Er zijn onder andere de traditionele vernieuwingsscholen: Montessori, Dalton, Jenaplan, Freinet en de Vrije school. Naast deze zijn er de laatste jaren scholen gevormd die onderwijs gegeven waarbij er vooral gekeken wordt naar wat het kind nodig heeft om te ontwikkelen. Deze scholen zijn vooral geïnspireerd door Vygotski en Dewey en noemen zich OGO en EGO scholen. Daarbij is adaptief onderwijs (Luc Stevens) ook een kindgerichte ontwikkeling. De uitgangspunten van deze onderwijsconcepten staan beschreven op de pagina bewijs onderwijsconcepten bij competentie 3.

 

Naast deze bekende onderwijsconcepten zijn er ook scholen die hier weer een andere kijk op hebben. Deze zijn wellicht minder bekend, maar zeker actueel. Hieronder geef ik daar drie voorbeelden van.

 

Iederwijs

De uitgangspunten van Iederwijs zijn verwoord in zes Vee’s en de Vijf Vernieuwingen, ontwikkeld door Bas Rosenbrand en Eefke Eijgenstein. Op de pagina bewijs Iederwijs is een uitgebreide beschrijving van deze onderwijsvorm te vinden. Hieronder benoem ik alleen de belangrijkste uitgangspunten van Iederwijs.

 

De zes Vee’s:

  • Veilig Voelen
  • Vertrouwen op Vermogen
  • Vrijheid met Verbondenheid
  • Verrijking door Verschillen
  • Vormgeven van Verlangens
  • Verder door Vragen…

 

De Vijf Vernieuwingen van Iederwijs: 

  1. De school bestaat uit één groep van verschillende leeftijden.
  2. Kinderen kiezen vanuit hun eigen interesse wat, hoe, met wie en op welk moment ze iets willen leren
  3. De inrichting van de school verandert mee met de behoeftes van de kinderen
  4. De activiteiten ontstaan vanuit het initiatief van kinderen en/of begeleiders.
  5. De school wordt vorm gegeven door kinderen en begeleiders waarbij sociocratie een belangrijke pijler in ons systeem is. Zo komen we tot besluiten.

 

Dunn & Dunn

Het leerstijlen model dat de afgelopen 25 jaar is ontwikkeld door Rita en Kenneth Dunn is gebaseerd op differentiatie. Niemand is Het uitgangspunt van het leerstijlen-model is dat iedereen kan leren! Iedereen heeft bepaalde talenten. Iedereen heeft individuele voorkeuren hoe het beste kan worden geleerd of hoe de instructies het beste zouden kunnen worden gegeven. Op de pagina bewijs Dunn & Dunn kun je meer informatie vinden over dit onderwijsconcept. Hieronder beschrijf ik de vier leerstijlen waar Dunn & Dunn vanuit gaat.

Het onderwijs moet daar op inspringen. De effectiviteit van de lessen zal verbeteren als de leermogelijkheden ‘matchen’  met de individuele leerstijlen.

Dunn & Dunn gaat uit van vier leerstijlen:
1. Kinderen leren het beste met hun ogen (zien)
2. Kinderen leren het best met hun oren (luisteren)
3. Kinderen leren het best met hun lichaam (bewegen)
4. Kinderen leren het best met hun handen (voelen)


 

TOM onderwijs

TOM (Teamonderwijs Op Maat) is een integrale aanpak voor verandering en vernieuwing. De aanpak heeft drie pijlers:

  • de inzet van personeel 
  • de organisatie van het onderwijs
  • de inrichting van de leeromgeving

 

Wat deze pijlers precies inhouden wordt duidelijk op de pagina bewijs TOM onderwijs. Daar zijn deze pijlers beschreven en is er een link naar filmpje met een praktijkvoorbeeld van een TOMschool.

 

Leonardo

De Leonardo scholen zijn geen nieuwe ontwikkeling in het onderwijs, maar wellicht door de huidige aandacht voor hoogbegaafdheid nu misschien wel meer in de belangstelling. Op de pagina bewijs Leonardoscholen is de filosofie achter dit onderwijsconcept te lezen. Hieronder volgt een samenvatting.

 

Leonardo da Vinci kan beschouwd worden als het meest veelzijdige genie uit de wereldgeschiedenis. Omdat er in zijn tijd nog geen scholen waren, kon hij op jonge leeftijd ongehinderd de wereld om hem heen verkennen en onderzoeken. De Leonardo's van onze tijd kunnen zich tot vier jaar op eenzelfde wijze ontwikkelen. Maar dan gaan ze naar school en wordt alles anders... Wat er geleerd wordt ligt vastgelegd in kerndoelen, methodes, dag- en weekschema’s en toetsen. Hoogbegaafde leerlingen leren echter niet stapje voor stapje en hebben een ontwikkelingsvoorsprong van meerdere jaren op hun leeftijdgenoten.

 

Met het Leonardo onderwijs willen we deze leerlingen weer de ruimte geven om zich vrij te kunnen ontwikkelen. Bij de keuze van het programma is rekening gehouden met zaken waar men zijn hele leven plezier van kan hebben: de wereldtalen (Engels, Spaans, Chinees), leren leren en leren ondernemen, zingeving van de wereld (filosofie), communicatieve vaardigheden, wetenschap en techniek, onderzoek kunnen doen, zich een objectieve mening kunnen vormen, een creatieve invulling van kunst, literatuur, muziek en sport. 

 

Actuele ontwikkelingen op het gebied van didactiek

Doordat we meer naar het kind zijn behoeftes kijken wordt nu veel gesproken over Handelingsgericht werken, waarbij er gewerkt wordt vanuit 7 uitgangspunten. In het boek Handelingsgericht werken: een handreiking voor het schoolteam wordt dit helemaal uitgewerkt. In mijn samenvatting handelingsgericht werken staan deze ook beschreven.

 

Daarnaast is er aandacht voor opbrengst gericht leren, om het onderwijs zo efficiënt mogelijk te ontwerpen en wordt er specifiek gekeken naar de leeropbrengsten voor het kind. Daarbij kijken we naar de verschillende leerstijlen (Kolb) van een leerling en de verschillende intelligentie gebieden (meervoudige intelligentie, Gardner).

 

Wanneer de leerkrachten kijken naar wat de individuele leerling nodig heeft kan het Passend Onderwijs geven en hoeven er ook minder leerlingen naar speciaal onderwijs. In een filmpje dat ik gevonden heb op leraar24 is mooi te zien hoe de leerkrachten van een TOM school invulling geven aan dit passend onderwijs.

 

Naast de aandacht voor het individu blijkt ook dat kinderen uitstekend van elkaar kunnen leren. Daarom kiezen scholen voor samenwerken leren en coöperatieve werkvormen waarbij men uitgaat van vijf uitgangspunten. Dit vind ik mooie ontwikkelingen. Ook zijn er tegenwoordig veel digiborden op scholen te vinden en komt er meer ICT in de school. Wat dit betekent voor het onderwijs is beschreven op de pagina bewijs ICT in het onderwijs.