Bewijs Open houding

Ik geef les vanuit een positieve open grondhouding. Mijn uistraling naar kinderen is vriendelijk en luister altijd naar hen. Wanneer ik tijdens mijn ronde en kind hulp bied, zak ik door mijn knieën zodat ik op gelijke hoogte ben. Ik maak geregeld oogcontact met de leerling en laat het kind uitpraten. Door deze open houding durven kinderen vragen te stellen en bied ik hen ruimte om dat te doen wanneer het nodig is.

 

Door te werken met het GIP model heb ik kinderen de ruimte gegeven om te werken zonder mijn hulp en te vragen om hulp wanneer zij dat nodig hebben. Daarbij stimuleer ik ook de zelfverantwoordelijkheid voor het eigen leerproces van kinderen. Zij kunnen aangeven wat zij van mij nodig hebben om een optimaal leerproces te creëren. Een voorbeeld daarvan is dat ik bij een rekenles ook concrete evaluatiepunten op heb genomen. Daarbij gaven leerlingen aan wat ze nog moeilijk vonden en waar ze foutjes hadden gemaakt. Om ervoor te zorgen dat deze fouten minder werden in de volgende les konden ze aangeven wat ze daarvoor nodig hadden. Bijvoorbeeld: extra instructie van de juf, hulp van een klasgenoot of dat ze zelf beter hun best deden (door minder te kletsen bijvoorbeeld).

Door mijn vragen en besprekingen met leerlingen over hun leerproces maak ik hen ervan bewust dat ze er een zelf een invloed op hebben en zelfverantwoordelijk kunnen nemen. Daarbij kunnen ze mijn hulp inschakelen.

 

De manier van Wings spreekt mij erg aan, omdat ik het belangrijk vind dat leerlingen de ruimte krijgen om invloed uit te oefenen op het onderwijs. Het leren gaat makkelijker als leerlingen betrokken zijn en de lesstof aansluit bij hun kennis en interesses. Hier speel ik op in door bijvoorbeeld aan het begin van een nieuw hoofdstuk uit de methode geschiedenis een woordweb te maken met de kinderen over wat ze al weten van het thema: een wereld in oorlog. Al hun kennis, ‘wat weet ik al’, bundel ik en vervolgens hebben we het over ‘wat wil ik nog weten’. Hiermee kan ik mijn lessen beter op hun interesses afstemmen en hebben de leerlingen ook een rol gespeeld in het ontwerpen van het onderwijs.

 

Door mijn open houding komen leerlingen ook regelmatig naar mij toe met suggesties voor een les, vragen om extra instructie, of om samen te werken met een ander. Ze accepteren het wanneer ik niet aan hun wens kan voldoen en aan de andere kant weten dat ik er wel naar luisteren en hun wens soms wel vervul. Mijn houding tegenover de leerlingen zorgt ervoor dat ik een goede interactie met hen heb, betrouwbaar ben en veel met hun kan bereiken.