Bewijs beginsituatie eigen groep

Hieronder heb ik per leerling de algemene beginsituatie beschreven. De groep heb ik in 3 subgroepen verdeelt. Er zijn namelijk kinderen uit groep 2 en groep 1. Echter zijn er sinds januari (sinds mijn stage) een aantal kinderen bij gekomen (groep 1), bij hen weet ik meer over de start op school, daarom heb ik hen als subgroep ingedeeld.

 

Leerlingen Groep 2

 

I: leergierig; vrolijk; werkt goed samen; doet altijd goed mee. Taal en rekenen is goed ontwikkeld.

L: vraagt veel aandacht; dominant; kan samenwerken; knutselt en tekent graag.

J: werkt goed samen; doet altijd goed mee; populair bij andere kinderen om mee te werken. Taal en rekenen is goed ontwikkeld

L: enthousiast; weet al veel; bouwt graag; zoekt de uitdaging op naar andere kinderen.

S: rustig; taal matig ontwikkeld, wordt begeleid door IB-er e.a. Werkt vaak met dezelfde kinderen samen, laat zich soms beïnvloeden door R.

F: rustig; heeft soms langer nodig om zich uit te drukken; taalniveau wel voldoende ontwikkeld. Kan met iedereen samenwerken.

C: is veel bezig met sociale activiteiten. Heeft behoefte aan een voorbeeld bij nieuwe opdrachten. Bij betrokkenheid laat ze haar kunnen duidelijk zien.

D: vol met ideeën, soms over enthousiast. Kan goed samenwerken, laat duidelijk zien wat hij vindt.

J: leergierig, zoekt soms grenzen op. Taal en rekenen is goed ontwikkeld. Wordt makkelijk verdrietig als iets niet lukt of anders loopt.

M: klets veel en graag, kan zich goed uitdrukken. Taal is voldoende ontwikkeld.

D: nieuw op school, trekt veel naar B. toe. Weet al veel, gaat graag zijn eigen gang en houd niet altijd rekening met anderen.

B: rustig, beïnvloedbaar door D. Laat zich niet snel horen, niveau is wel aanwezig.

Z: klets veel en graag, zit vol ideeën, tekent graag. Werkt met verschillende kinderen samen. Gaat naar een andere school in de zomer.

 

 

Leerlingen Groep 1

 

R: laat vaak negatief gedrag zien, speelt de baas over andere kinderen. Taal is onvoldoende ontwikkeld, praat in onvolledige zinnen. Speelt het liefst met dezelfde kinderen samen.

M: speelt graag met G samen, maakt dan veel lol. Laat duidelijk merken als ze iets niet wil. Taal is voldoende ontwikkeld. Sterk ontwikkeld expressievermogen. Schildert graag.

G: rustig, speelt graag met M samen. Taal redelijk ontwikkelt. Volgt anderen.

I: bewegelijk, zoekt grenzen op. Taal is redelijk ontwikkelt, kan moeilijk stil zitten.

S: aanwezig, neemt de leiding in het spel en kan moeilijk samenwerken. Houd van grapjes maken. Kan veel vertellen over zijn ideeën. Taal goed ontwikkeld.

N: rustig, speelt vaak met dezelfde kinderen, volgt anderen. Taal is voldoende ontwikkelt.

J: klets veel, bouwt graag. Laat duidelijk merken als hij iets niet leuk vindt. Enthousiast.

F: rustig, bij betrokkenheid laat ze haar kwaliteiten zien en kan ze veel vertellen. Ze kan ook afgeleid zijn en zich van de domme houden als ze niet betrokken is.

 

 

Leerlingen Groep 1 (nieuw op school)

 

O: passief, bij start erg onder de indruk van de school en kinderen. Houdt van grapjes maken. Kan goed samen werken met anderen.

R: passief, gaat zijn eigen gang, vaak moe. Moeite met horen, wordt nu verholpen. Kan moeilijk samen werken met anderen en zoekt grenzen op.

J: rustig, speelt graag met L en M, maakt dan veel lol. Praat veel met andere kinderen tijdens speelwerkuur. Werkt gestructureerd, tekent en schildert graag.

L: rustig, paste zich snel aan de omgeving. Houdt van boekjes lezen, vertelt veel over buitenschoolse activiteiten. Taal matig ontwikkeld.

N rustig, chinese achtergrond, verstaat niet alles wat er gezegd wordt. Laat duidelijk zien als ze iets niet leuk vindt. Speelt graag met dezelfde kinderen samen.

F: klets veel, taal goed ontwikkeld. Actief en aanwezig, speelt graag samen met anderen.