Bewijs Effect activerende instructie

Op leraar24.nl is een mooi filmpje van een voorbeeld van activerende instructie.

http://www.leraar24.nl/video/1334

Op CBS de Meander in Stadskanaal maakt leraar Annemiek Heslinga gebruik van directe instructie. De strategie van directe instructie is vooral effectief bij het aanbieden van kennis/informatie en voor het stap voor stap aanleren van vaardigheden en strategieën. Het directe instructiemodel benadrukt vooral het belang van hoe en wat onderwezen wordt en is een goede manier om kinderen nieuwe kennis, vaardigheden of strategieën te leren. De leraar begint een les met het ophalen van voorkennis die voor de nieuwe stof van belang is en vertelt vervolgens wat het doel van deze les is.

Bij het directe instructiemodel gaat het om leraargestuurd onderwijs. De leraar legt uit en demonstreert stap voor stap wat er geleerd moet worden. De leraar gebruikt veel voorbeelden om te laten zien wat de bedoeling is. Door te laten zien wat er van de leerlingen verwacht wordt, kunnen de leerlingen zich de aangeboden stof eigen maken. Dit gaat bij sommige leerlingen heel snel, bij andere duurt het langer. De leraar laat leerlingen die begrijpen wat er van hen verwacht wordt zelf aan het werk gaan en houdt leerlingen die nog hulp nodig hebben langer bij zich.

 

In mijn lessen maak ik ook gebruik van dit model zoals hieronder is uitgewerkt. Het effect daarvan in mijn lessen is dat de leerlingen enthousiast raken voor het onderwerp. Bij de zaakvakken introduceer ik het onderwerp met een terugblik (vorige les) en vertel ik wat over het onderwerp en wat we deze les gaan leren. Zo activeer ik ook de voorkennis van de leerlingen wat hen ook kan helpen bij het lezen van de tekst.
Bij een les rekenen werkte ik ook met directe instructiemodel en liet ik leerlingen op het bord hun manier van het oplossen van de som opschrijven. Hierdoor raakte de leerlingen erg geprikkeld om het een snelle manier te vinden om de som op te lossen (dit was ook het doel van de les). In de lesvoorbereiding rekenen taak 32 kun je lezen hoe ik de les had voorbereid en hoe de les was verlopen.

 

MODEL ACTIVERENDE DIRECTE INSTRUCTIE

 

Voorbereiding

1. Beginsituatie

Beantwoord gedetailleerd vragen als:

-          Is de werkvorm bekend?

-          Zijn daarbij problemen?

-          Welke voorkennis is vereist?

-          Wie zijn de goed presterende leerlingen?

-          Wie zijn de zwak presterende leerlingen?

-          Zijn speel-/leeractiviteiten bekend?

-          Zijn speel-/leermiddelen bekend?

-          Welke methode wordt gebruikt?

-          Welke didactiek wordt gebruikt?

 

2. Lesdoelen

Beschrijf hier je lesdoelen.

-          Productdoel. Geef aan wat de gehele groep aan het eind van de les minimaal moet

kennen en/of kunnen

-          Procesdoel. Beschrijf de persoonlijke aandachtspunten van enkele leerlingen en de

groep als geheel.

 

3. Didactische werkvormen en didactiek

Geef hier aan welke didactische werkvormen je gekozen hebt. Bijvoorbeeld: voorlezen,

vertellen, uitleggen, gesprek leiden. Geef hier ook aan op welke wijze je de leerstof uitlegt, de oplossingsstrategie, het stappenplan.

 

4. Leeractiviteiten

Geef hier aan welke leeractiviteiten de leerlingen verrichten. Bijvoorbeeld: luisteren,

experimenteren, verwerken, verwoorden, verbeelden.

 

5. Leermiddelen

Geef hier aan welke leermiddelen gebruikt worden tijdens de les. Bijvoorbeeld: methode,

teken-/handvaardigheidmateriaal, ICT middelen.

 

6. Evaluatie

Geef exact aan:

-          Wanneer evalueer je of je doelen zijn bereikt (tijdens of na de les)?

-          Hoe evalueer je (door nabespreken, opdrachten of uitbeelden)?

-          Wat evalueer je (noteer vragen, opdrachten)?

 

Tijdens de les

1. Oriëntatie

  • Geef de eindtijd aan
  • Laat enkele leerlingen een persoonlijk aandachtspunt formuleren
  • Geef een lesoverzicht
  • Presenteer het onderwerp van de les

à Geef een concreet minimum lesdoel voor de gehele groep

à Geef een concreet extra lesdoel voor de goed presterende leerlingen

-          Bespreek het belang van de lesstof

 

2. Terugblik

  • Bespreek de voorgaande les
  • Haal de benodigde voorkennis op en vat deze samen
  • Stel, als het nodig is, de voorkennis opnieuw aan de orde

 

3. Instructie

  • Voorkom verwarring en leer een oplossingsstrategie aan
  • Maak gebruik van stappenplannen die tot een juiste oplossing leiden
  • Onderwijs in kleine stappen
  • Gebruik heldere taal
  •  Geef concrete voorbeelden

-          Laat leerlingen voorbeelden bedenken

  • Maak gebruik van materialen en stappenplannen
  • Doe een vaardigheid voor (modelleren)

-          Speel vragen van de leerlingen terug naar de groep

  • Ga na of leerlingen de stof begrijpen
  • Vermijd uitweidingen
  • Vergroot stapsgewijs de moeilijkheidsgraad
  • Differentieer in vraagstelling aan leerlingen
  • Geef een samenvatting aan het eind van de uitlegfase

 

4. Begeleide inoefening

  • Oefen samen met de leerlingen de aan te leren vaardigheid
  • Geef korte en duidelijke opdrachten

-          Stel veel vragen en geef willekeurig beurten

-          Laat de leerlingen de instructie herhalen en verwoorden

  • Zorg voor een geleidelijke toename van moeilijkheidsgraad
  • Verminder geleidelijk de ondersteuning
  • Ga door met oefenen tot de leerlingen de stof beheersen

 

5. Zelfstandige verwerking

  • Zorg ervoor dat de leerlingen onmiddellijk (kunnen) beginnen
  • Zorg ervoor dat de inhoud gelijk is aan de voorafgaande lesfase
  • Laat de leerlingen weten dat hun werk nagekeken wordt
  • Loop een vaste startronde door de groep

-          Laat leerlingen hun aandachtspunten herhalen en beloon gewenst gedrag

à Zorg voor convergente differentiatie, dus:

à Geef extra instructie aan de zwak presterende leerlingen

à Geef extra verwerkingsstof aan goed presterende leerlingen

 

6. Evaluatie

-          Laat de leerlingen onder woorden brengen wat goed ging, wat niet goed ging en wat

ze de volgende keer anders gaan doen

  • Controleer of en hoe het lesdoel is bereikt


7. Terug- en vooruitblik

  • Plaats de les in de context van een lessenreeks
  • Geef aan waar de volgende les over zal gaan

1-7 Feedback

  • Geef vaak en regelmatig feedback
  • Corrigeer fouten onmiddellijk
  • Geef procesfeedback
  • Complimenteer overdadig

 

 

  • = aandachtspunten die vooral gericht zijn op de structuur van het ADI-model

-          = aandachtspunten die vooral gericht zijn op het activeren van de leerlingen

à = aandachtspunten die gericht zijn op het differentiëren